Guus en Sandra 3 maanden on the road - Aanhoudende regen en angsten overwinnen met ziplinen

31 mei 2019 in Bestemmingen, Voor reizigers, Montenegro & Reisverslagen

De zelfgemaakte pruimjenever was een goede slaapmuts. Als roosjes…

Het is droog, maar berekoud. Camp Eco Oaza ligt op zo’n 800 meter, omringd door de Tara-kloof. De bergtoppen zijn wit. Zo te zien heeft de sneeuw vannacht goed zijn best gedaan. Een wandeling naar een bergmeer zit er helaas niet in voor ons. Het weer is te onbestendig en de wandeling duurt een hele dag. Uiteraard willen we toch de kloof bekijken. We rijden naar de Durdevica-Tarabrug. Deze boogbrug is gebouwd tussen 1937 en 1940 en was bij voltooiing de grootste betonnen boogbrug in Europa voor gemotoriseerd verkeer. We parkeren de camper en lopen over de brug. Mijn wiebelbenen zijn acuut terug. Als voetganger heb je 40 cm waar je kunt lopen als de auto’s je voorbij jagen. Aan de andere kant van de reling, de kloof. Blijkbaar hoog genoeg om de bibbers te krijgen. Het uitzicht is grandioos. De bergen rondom laten ongeveer de hele kleurenwaaier groen zien. De rivier is woest en oogt bruin door de enorme hoeveelheid regen en sneeuw van de afgelopen dagen. Even goed, is het meer dan mooi.

Wat op onze to-do lijst staat is de zipline over de kloof. 824 meter lang tokkelen, met een hoogte van ±800 meter. Af en toe vliegt een held naar de overkant. Ai, gaan we dit morgen echt doen?!
Warempel, de zon laat zich zien. Even genieten van een koffie op het terras en ons mentaal voorbereiden;) Morgen beloofd een stralende dag te worden, kijken of we onze bibbers kunnen overwinnen.

Goboony Guus Sandra Montenegro

D-day

Goodmorning sunshine! Dat geeft een lekker gevoel en de wereld ziet er heel anders uit. We ontbijten in de camper. Met 8 graden is het goed fris. Vandaag is het d-day. Vanmiddag gaat het gebeuren: de zipline! Eerst lopen we vanaf de camping naar beneden. De natuur is fris groen, het pad heel steil en hobbelig. We moeten een paar keer door de stroming van een waterval. Eens kijken of de ductape om Guus zijn schoenen dat leuk vindt. Uiteindelijk komen we bij een klein ‘strandje’ aan de rivier. Er zit veel stroming op het water.  Ff chillen met de zon op ons gezicht. Dit is echt genieten. Tja, na zoveel regen, ben je blij met een paar zonnestralen☺.
De ductape overleeft ook de terugweg, maar is door de watervallen wel toe aan een droog en verversings beurt voor de volgende exercitie.

Goboony Guus Sandra Montenegro

Het uur van de waarheid is daar. Op naar de zipline. We melden ons bij de big one. De man verwijst ons naar een trap die naar een platform gaat. Daar krijgen we uitleg. De keuze is aan ons: alleen of samen. We willen het maximaal beleven; dus alleen. Ik neem als eerste plaats in het ‘tuigje’. Benen vooruit, waar een band omheen getrokken wordt. De nodige clips worden vastgemaakt. Klaar?! En los ben ik. Eerst vlieg ik over struiken, de weg en dan… de kloof! Wow, dit is gaaf! Het gevoel dat ik vlieg als een vogel. Doe mijn armen wijdt: wat een vrij gevoel. Ik kom ogen tekort, maar probeer alles zo goed mogelijk in me op te nemen. Dit is echt magisch. Ik zou nog uren kunnen vliegen, maar het zit erop. Wat ik het vreemdste vind; geen hoogtevrees. Hoe kan dat? Iemand zei tegen me: ‘Soms is het te hoog voor hoogtevrees’. Of dat zo is, weet ik niet. Dit is echt een te gekke ervaring. Tijd voor Guus om te vliegen. Aan het geluid van de zipline hoor ik dat hij vertrokken is. Even later zie ik een klein puntje boven de kloof zoeven. Met een big smile komt hij dichterbij. Het klinkt misschien raar, maar toekijken vanaf de brug is enger, dan het doen. Dus mocht je ooit naar de Tara-kloof gaan… Twijfel niet en doe de zipline! Onvergetelijk.

De rest van de dag genieten we na van onze vleugels. Het is lekker weer. In de zon met een boekje. Meer is niet nodig. De zon verdwijnt snel achter de bergen, dus het is van korte duur, maar oh zo lekker;)

Schilderij na schilderij

Het Durmitorgebergte laten we achter ons. De komende dagen geeft het heel veel regen en onweer, waardoor het onmogelijk is het gebergte verder te verkennen. Via de oostkant van Montenegro zakken we af naar het zuiden. Het eerste stuk is de weg heel smal. Aan de rechterkant de rotswand, links de kloof. Meer plaats is er simpelweg niet. Regelmatig liggen er stukken rots op de weg. De lokale bevolking rijdt met een aardig tempo en gaat er vanuit dat ze niemand tegenkomen. Zelden rijden ze op hun eigen baan. Meestal in het midden en als het beter uitkomt, op de andere weghelft. Is er een bocht, dan toeteren ze. Niet dat je het dan nog haalt om een uitweg te vinden.
De route is meer dan mooi. Wat een natuur. Doordat we de kloof blijven volgen, zien we iedere keer een ander schilderij.

Hé, een tankstation! Kom je in Slovenië en Bosnië op iedere hoek een tankstation tegen, in Montenegro zijn ze zeldzaam. Eerstvolgende over 71 km. We rijden het tankstation op. De pompbediende komt naar ons toe. Ja, je leest het goed. Hier wordt voor je getankt. Zeg maar hoeveel liter of voor welk bedrag. Tot op de komma, klopt het. Fijne service, zonder stinkhanden weer de camper in.

Er doemt een gigantisch bouwwerk op. Vijf enorme pilaren voor een brug. Wat ons nog meer verbaast, is de complete stad die erbij gebouwd is. Alles in Chinese handen, blijkt uit de ‘koeienletters’ op de panden.

Goboony Guus Sandra MontenegroGoboony Guus Sandra Montenegro Pompbediende

Hoop in bange dagen

In Podgorica, de hoofdstad, maken we een pitstop. Nog nooit zo’n troosteloze en hopeloze hoofdstad gezien. Nu begrijpen we waarom we hier, hartje centrum, voor €0,30 per uur kunnen parkeren. We steunen de lokale economie met een paar boodschappen. Alle beetjes helpen (hopelijk). Met een blij gezicht betalen we bij de parkeerwachter en rijden verder naar Cetinje. Onderweg stopt het met zachtjes regenen. In nationaal park Lovcen rijden we 20 km de berg op en zoeken de camperplaats. Deze kunnen we niet vinden. We parkeren bij een restaurant en rennen naar de ingang. Alle sluizen staan open. Na 30 meter zijn we verzopen katten. Aan de barman vragen we of hij weet waar de camperplaats is. Hij kijkt ons met grote ogen aan en begint in het Montenegrijns tegen ons aan te praten. Oke?! Moeten we hieruit opmaken dat hij geen Engels spreekt? We proberen het nog een keer, tevergeefs. Google translate; hoop in bange dagen ;). We mogen overnachten op de parkeerplaats van het restaurant. Is dat ff handig met dit weer. De vertaling op zijn telefoon: You can park here, now you’re sexy. Tja, wat Google met dat laatste bedoelt, laten we in het midden ☺.

Voor onze reis willen we nog het een en ander uitzoeken op internet. Het is hier warm, droog en er is wifi. We bestellen twee thee en klappen de laptop open. Het regent harder en harder. In het restaurant zitten twee fietsers uit Frankrijk. Ze proberen hun kleren te drogen en hopen dat het stopt met regenen, zodat ze ergens hun tent kunnen opzetten. Het is inmiddels half acht. We besluiten een hapje te eten. De menukaart wordt snel van onze tafel gepakt. Geen idee waarom. De keuken is tot 20.00 uur open. De barman komt met zijn telefoon naar ons toe. We kunnen niet meer bestellen. Vragend kijken we hem aan. Hij tikt op zijn telefoon. Blijkbaar is de kok gewond. Beetje vreemd, we zagen de kok net nog. De fietsers wilden ook eten, mooi niet dus. Langzaam pakken ze hun spul weer in. Met een vuilniszak over hun schouders, stappen ze in de plenzende regen de fiets op om ergens hun tent op te zetten. Tja, iets te lang gehoopt waarschijnlijk, inmiddels is het donker.
Gelukkig is ons huis kant en klaar.

In het restaurant zit ook een Canadees stel. We raken aan de praat. Een uur is in een mum van tijd voorbij. Tot grote ergernis van de barman (en de kok). Jaja, verrassend genoeg komt de kok gedoucht en wel het restaurant in. Geen verwonding te bekennen. Ze voelt zich een beetje betrapt als ze nog gasten ziet. Met een handdoek om haar haar gedraaid, duikt ze zo snel mogelijk weg. Lastig hoor; klanten ;).

Goboony Guus Sandra Montenegro Nationaal Park Lovcen

Een warm afscheid

Onze tijd in Montenegro zit er bijna op. We rijden door nationaal park Lovcen naar beneden. Gisteren zagen we door de mist en regen niet meer dan 50 meter. Voor de verandering is het nu zonnig en genieten we van het park. We rijden naar Cetinje en willen bij de tourist info wat vragen. De parkeerwachter stormt van zijn stoel. We leggen uit dat we iets willen vragen. Vijf minuten max, krijgen we van hem. Dat is toch al heel wat;). Bij de info staat een vrouw bij de ingang. Met een diepe zucht en chagrijnig gezicht laat ze ons binnen. Achter een bureau zit dame twee. Deze kijkt net zo vrolijk. We vragen of er een stadswandeling is, die we zelf kunnen doen. Nee, geen wandeling. Ze heeft alleen een plattegrond. Er is nog een derde dame en ook die laat duidelijk merken dat we niet gelegen komen. Mogen we de plattegrond meenemen? Voor €1,-. Een euro, dan laat maar. We verzinnen wel iets. We lopen naar buiten waar de parkeerwachter al naar ons toekomt. De pinautomaat gaf alleen 50 euro biljetten. Mokkend vraagt hij of we niet kleiner hebben, want hij kan niet wisselen. Nope, dit of anders straks als we weggaan. Na een zure blik, gaat zijn hand in zijn zak en komt er ineens allerlei geld uit. Deze man kan toveren! De dames van de info, staan ondertussen te roken. Sorry dames, dat we jullie daarvan ophielden.

Als we richting het centrum lopen, zien we een bord met plattegrond. Heel handig, even een foto maken. We bekijken waar we heen willen. Hé, hoezo geen stadswandeling?! Hier staan, gratis en voor niets, maar liefst drie wandelingen op. Make my day! :) Na onze ‘eigen’ stadswandeling op naar Albanië.

Bij de grensovergang weer een dubbele controle. We mogen door naar controle 1, als er aan de andere kant een soort gevecht begint. Een Albanees die Montenegro in wil, wordt uit de auto gesleurd. De man komt in opstand, maar raakt de douanier wijselijk niet aan. Zijn twee reisgenoten bemoeien zich er ook mee. De douanier heeft zijn handen vol. Er wordt over en weer luidruchtig gesproken. ‘Onze’ douanier laat de slagboom zakken en gooit zijn hokje dicht. Daar staan we dan met ons goed gedrag ;). Hij spurt naar zijn collega om hem bij te staan. Met drie man sterk, trekken en duwen ze de man het gebouw in. De twee reisgenoten worden hardhandig buiten gehouden. Een paar minuten later komt ‘onze’ douanier briesend naar buiten. Hij jelt nog wat naar de overkant, stapt zijn douanehok binnen, gooit de deur dicht en ploft op zijn stoel. Kijken of we hem weer blij kunnen maken ;). Vriendelijk zeggen we goede dag, geven de papieren en wachten rustig af. Veel zin heeft hij niet. Er komt geen boe of bah uit, maar we mogen door. Dit is onze laatste ervaring met Montenegro. Wat een warm afscheid;)

Montenegro is een mooi land. De natuur is overweldigend. Wat wij jammer vinden, is dat mensen ‘in functie’ alles behalve vriendelijk zijn. Gelukkig is de bevolking wel behulpzaam. Toch geeft het ons geen gastvrij gevoel. Als je de ‘nukken’ kunt vergeten, is Montenegro meer dan de moeite. Focus op het prachtige, afwisselende landschap en de vriendelijke mensen, dan is dit land op en top genieten.

Het land van de Mercedes

Na het warme afscheid, worden we zakelijk, doch vriendelijk Albanië binnen gelaten. We zitten direct in een heel andere wereld. Armoedige tractors, paard en wagen en heel veel Mercedessen. Van krakkemikkig oudje tot  een jong model, zolang er een ster op staat is de Albanees trots. Overal langs de weg staan kraampjes. De een verkoopt alleen kersen, de ander groenten en fruit, weer een ander vis. De verkopers lopen in armoedige kleren uit de jaren dertig. Handel gaat voor, dat is duidelijk. Elke handelaar heeft namelijk wel een elektrische weegschaal.

De verschillen tussen arm en rijk zijn direct zichtbaar als je in Albanië bent. Sinds heel lang, zien we heel veel fietsen. Daar worden we blij van. Voor ons betekent dat, op de fiets naar het centrum van Shkoder. Hier crost, rijdt, loopt en fietst iedereen zijn eigen weg. Wij fietsen netjes aan de rechterkant. Al snel komen we tot de conclusie: if you are in Albania, act like an Albanian. Dus ook wij crossen van rechts naar links, tussen het verkeer door. Maakt niet uit welk voertuig, je komt ze hoe dan ook spookrijdend of spooklopend tegen. Wij hebben er echt lol in en zijn nu al verliefd op deze fietsmanier.

De stad lijkt uit twee gedeeltes te bestaan. Een ‘oud’ gedeelte met alle shops langs de weg. Een ‘nieuw’ gedeelte met de meest bekende merken. De komende dagen gaan we Shkoder verder ontdekken. We hebben ons een luxe camping gegund om deze week redelijk door te komen. Eigenlijk wilden we vijf dagen ondergronds, de weersvoorspelling is bar en boos. Voor het zover is, genieten we een dag aan het zomerse strand op camping Lake Shkodra Resort. Zon tanken, nu het kan.

Goboony Guus en Sandra Montenegro Strand Lake Shkodra

Volgende keer: Proberen we de ontwikkeling of achterstand van Albanië te begrijpen. En waarvan moeten we 2,5 uur bijkomen?

Volgende artikel / Vorige artikel